Op 16 mei 2025 werd het eerste boek over feministische en queer onderzoeksmethoden in het recht uit de Lage Landen (België en Nederland) gepubliceerd. De redacteurs van dit boek (Dr. Pieter Cannoot, Dr. Elise Goossens, en Marie Spinoy) trachten om de vertaalslag van Anglo-Amerikaanse werk hierrond te maken naar de context van de Lage Landen.

Het boek bestaat uit vier delen. Een eerste deel van het boek schetst de oorsprong en ontwikkelingen van feministische en queer rechtsliteratuur en de hiermee vervlochten methoden. Vervolgens delen experten uit andere wetenschappelijke disciplines inzichten over feministisch en queer onderzoek in hun discipline. In het derde deel van het boek reflecteren onderzoekers van binnen en buiten de rechtswetenschap over de bijzondere methodologische uitdagingen en vraagstukken die zij hebben ervaren bij de toepassing van feministische en queer onderzoeksmethoden. Ten slotte leggen onderzoekers uit verschillende rechtsdomeinen uit hoe zij feministische en queer onderzoekmethoden toepassen in hun eigen onderzoek en tot welke bevindingen die onderzoeksmethode heeft geleid.
Mijn bijdrage getiteld ‘Intersectionaliteit in rechtswetenschappelijk onderzoek‘ is in het derde deel van het boek. Mijn bijdrage bestaat uit drie delen, die ik hieronder schets.
Intersectionaliteit kan niet losgekoppeld worden van de levenservaringen van Zwarte vrouwen die een drijvende kracht zijn voor de ontwikkeling ervan. Het idee van levenservaringen als bron van (academische) kennis druist lijnrecht in tegen wat Patricia Hill Collins identificeert als het ‘eurocentrische masculinistische kennisvalidatieproces’ dat voorschrijft dat legitieme kennis enkel komt van objectieve onderzoekers die ver verwijderd van de onderzochte subjecten staan. Het eerste deel van mijn bijdrage bespreekt hoe Zwart feministische epistemologie andere criteria hanteert voor kennisproductie en hoe dat rechtswetenschappelijk methodologische keuzes beïnvloedt.
Intersectionele discriminatie heeft een unieke werking omdat het resultaat ervan groter dan de optelsom van de onderdelen is. Om intersectionele discriminatie te erkennen moet de synergistische eigenschap ervan gewaardeerd worden. Sommig rechtswetenschappelijk onderzoek met een doel om intersectioneel te werk te gaan werkt echter op een additieve manier. Het tweede deel van mijn bijdrage bespreekt het verschil tussen een additieve en synergistische benadering, en legt uit waarom het eerstgenoemde intersectionele discriminatie niet onthult.
Het derde deel van mijn bijdrage bespreekt drie simultane ontwikkelingen die leiden tot de verzwakking van intersectionaliteit. Eerst behandel ik het gebrek aan bewustzijn rond ras (‘race consciousness’) in Europa, waardoor er een afkeer tegen het gebruik van ras als juridisch relevant concept heerst. Daardoor is intersectionaliteit gereduceerd tot een feministisch product in Europa, waarbij Zwarte vrouwen opnieuw worden gemarginaliseerd. Ten tweede wordt intersectionaliteit afgevlakt tot kruisende identiteitskenmerken, zodat het niet meer in staat is om hiërarchieën en ongelijke machtsverhoudingen te erkennen en te bestrijden. Kruisende identiteitskenmerken verschillen van structurele intersectionaliteit, aangezien de laatstgenoemde slachtoffers van intersectionele discriminatie identificeert door aandacht te hebben voor op elkaar inwerkende en onlosmakelijke machtsstructuren die mensen ‘hiërarchiseren’. Ten derde, terwijl intersectionaliteit steeds meer ingeburgerd raakt in verschillende disciplines worden de tekortkomingen ervan meer blootgesteld. De pertinente vraag luidt: wat doet intersectionaliteit om ongelijkheden die gepaard gaan met kolonialisme, imperialisme en kapitalisme, bloot te stellen en vervolgens te ontmantelen? Doordat intersectionaliteit voor academici vooral voet aan de grond heeft gekregen nadat het als een term gemunt is in Amerikaanse rechtenfaculteiten, is de verdere academische ontwikkeling ervan ook gevormd door de prioriteiten van juridische academici in het globale noorden. Dat leidt ertoe dat andere oorspronkelijke eigenschappen van intersectionaliteit die vooral nadruk kregen van activisten – zoals antikapitalisme, antikolonialisme, en anti-imperialisme – ondergesneeuwd worden.
Lees hier wat de redacteuren (Dr. Pieter Cannoot, Dr. Elise Goossens, en Marie Spinoy) zeggen over het boek: https://www.larcier-intersentia.com/nl/internationale-vrouwendag-interview
Koop hier het boek: https://www.larcier-intersentia.com/nl/feministische-queer-onderzoeksmethoden-recht-9789400018488.html
